Wij gebruiken cookies om uw gebruikservaring te verbeteren. Door op "Akkoord" te klikken, stemt u in met het gebruik van alle functionele, analytische en advertentie/trackingcookies. Deze worden gebruikt voor het optimaliseren van de website en het personaliseren van advertenties. U kunt uw voorkeuren altijd aanpassen via “instellingen”. Meer informatie vindt u op onze cookies pagina en in onze privacyverklaring.

AkkoordNee, liever niet
Cookievoorkeuren
SluitenOpslaan

14 februari 2024.

14 februari 2024.

Vandaag, 14 februari, komen er twee feestdagen samen: Valentijnsdag en Aswoensdag.

Het romantische feest van de geliefden, om liefde en genegenheid te vieren, en de liturgische eerste dag van de veertigdaagse vastentijd voorafgaand aan Pasen, het symbool van boetedoening, beproevingen en offers. Deze samenvoeging van twee verschillende tradities. creëert een interessante situatie waarin het gevoel van liefde samenkomt met spirituele introspectie. Een goede reden om na te denken over de prioriteiten in het leven.

Het is niet makkelijk om over liefde na te denken, laat staan praten, want het is moeilijk om in woorden te beschrijven wat je voelt. En hoewel mensen op verschillende manieren hebben geprobeerd om deze moeilijkheid te omzeilen, steun zoekend in muziek, beeldende kunst of poëzie, zijn er toch tientallen verschillende uitdrukkingen die een taalkundige blik op de liefde in woord geven.
“Taal is als de vorm die we aan onze gedachten geven, het is als een gewaad waarin we onze gedachten kleden.” zei ooit heel mooi de Poolse Paus Johannes Paulus II.

De mooiste ode aan de liefde staat in de Bijbel, in de Eerste brief van Paulus aan de Korintiërs:

“Al zou ik de talen van de mensen en van de engelen spreken,
maar ik had de liefde niet,
dan zou ik klinkend koper of een schallende cimbaal zijn geworden.
En al zou ik de gave van de profetie hebben
en alle geheimenissen weten en alle kennis bezitten,
en al zou ik al het geloof hebben
zodat ik bergen zou verzetten,
maar ik had de liefde niet, dan was ik niets.
En al zou ik al mijn bezittingen uitdelen
tot levensonderhoud van de armen,
en al zou ik mijn lichaam overgeven om verbrand te worden,
maar ik had de liefde niet, het baatte mij niets.
De liefde is geduldig,
zij is vriendelijk,
de liefde is niet jaloers,
de liefde pronkt niet,
zij doet niet gewichtig,
zij handelt niet ongepast,
zij zoekt niet haar eigen belang,
zij wordt niet verbitterd,
zij denkt geen kwaad,
zij verblijdt zich niet over de ongerechtigheid,
maar verheugt zich over de waarheid,
zij bedekt alle dingen,
zij gelooft alle dingen,
zij hoopt alle dingen,
zij verdraagt alle dingen.
De liefde vergaat nooit.
Wat dan profetieën betreft,
zij zullen tenietgedaan worden,
wat talen betreft, zij zullen ophouden,
wat kennis betreft, zij zal tenietgedaan worden.
Want wij kennen ten dele en wij profeteren ten dele,
maar wanneer het volmaakte zal gekomen zijn,
zal wat ten dele is, tenietgedaan worden.
Toen ik een kind was,
sprak ik als een kind,
dacht ik als een kind,
overlegde ik als een kind,
maar nu ik een man geworden ben,
heb ik het kinderlijke tenietgedaan.
Nu immers kijken wij door middel van een spiegel in een raadsel,
maar dan zullen wij zien van aangezicht tot aangezicht.
Nu ken ik ten dele,
maar dan zal ik kennen,
zoals ik zelf gekend ben.
En nu blijven geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de meeste van deze is de liefde."